Het Hanzestedenpad: wandelen langs de IJssel

Hanzestedenpad - aankomst in Kampen

Langs de IJssel, tussen Doesburg en Kampen, ligt het Hanzestedenpad. Door de IJsselvallei loop je van oude, sfeervolle Hanzestad naar Hanzestad. In september liep ik in een week dit pad van begin tot einde. Het zou in meerdere opzichten een bijzondere tocht worden. De combinatie van monumentale steden, een rivierenlandschap, een persoonlijke crisis en bijzondere ontmoetingen zorgden voor een memorabele week.

In deze blog lees je meer over het Hanzestedenpad en tips voor als je zelf het pad wilt lopen. Daarna vertel ik je meer over mijn avonturen onderweg. Wil je meer wandelverhalen lezen? Kijk dan eens in dit overzicht van wandelblogs.

Over het Hanzestedenpad

Het Hanzestedenpad is een wandelroute van Doesburg naar Kampen. De hoofdroute is 124 kilometer en voert de wandelaar langs de rivier de IJssel van Hanzestad naar Hanzestad. Naast de hoofdroute zijn er ook nog enkele dagwandelingen aan het Hanzestedenpad verbonden. Leuk als uitbreiding van de hoofdroute, of als losse wandeltocht. Het Hanzestedenpad is een streekpad, en staat ook wel bekend onder Streekpad 11.

Op de route kom je langs de historische Hanzesteden Doesburg, Zutphen, Deventer, Zwolle en Kampen. Deze steden waren in de middeleeuwen aangesloten bij het Hanzeverbond, een verbond van op het hoogtepunt ruim 150 steden in Noord- en West-Europa. In deze steden werkten en reisden kooplieden in zekere mate samen om de veiligheid te bevorderen. Het Hanzeverbond heeft vier eeuwen stand gehouden.

De Hanzesteden zijn stuk voor stuk ook erg leuk voor een dagje uit – of zelfs een weekendje weg. Je leest meer over deze steden op Visit Hanzesteden.

Etappe-indeling en overnachtingen

Alle informatie die je nodig hebt om het pad te lopen vind je in de wandelgids van het Hanzestedenpad. Hierin staat de route nauwkeurig beschreven, maar vind je ook bijvoorbeeld extra informatie over de plaatsen waar je langs komt.

Een echte etappe-indeling is er niet, dus die zul je zelf moeten bedenken. Hoe je je etappes indeelt hangt af van een aantal factoren, zoals: hoeveel kilometer wil je per dag lopen? Waar zijn beschikbare overnachtingsadressen, als je meerdere etappes achter elkaar loopt? Of waar zijn opstappunten voor het openbaar vervoer, als je losse etappes loopt?

Mijn etappes en overnachtingen

Hieronder vind je het het overzicht van mijn etappes en overnachtingsadressen:

  1. Doesburg – Brummen (19 km), overnachting: Vrienden op de Fiets*
  2. Brummen – Zutphen (19 km), overnachting: B&B Warnsveld
  3. Zutphen – Deventer (20 km), overnachting: Fletcher Hotel Gilde
  4. Deventer – Oene (20 km), overnachting: Dromen bij de Boer 
  5. Oene – Zwolle (29 km), overnachting: Vrienden op de Fiets*
  6. Zwolle – Zalk (24 km), overnachting: B&B Zalk blijven slapen
  7. Zalk – Kampen (11 km)

* Vrienden op de Fiets is een platform van particulieren die een slaapplek aanbieden aan fietsers en wandelaars. Vanwege de regels van Vrienden op Fiets kan ik de details van die overnachtingsadressen hier niet delen. Zoek je nog slaapplekken voor een meerdaagse wandel- of fietstocht, dan is het zeker de moeite waard om eens te kijken op hun website. Om de adressen van mogelijke slaapplekken te zien moet je lid zijn. Een jaarabonnement is €8,-. Een overnachting via Vrienden op de Fiets is €22,50.

Dag 1: Doesburg – Brummen

Ik zou het Hanzestedenpad dus in zeven dagen gaan lopen. Het was de eerste keer dat ik in mijn eentje een meerdaagse tocht ging lopen, dus stiekem vond ik het ook nog wel een beetje spannend. Mijn tocht begon op een stralende vrijdagochtend. Het liep al tegen de middag toen ik met de trein in Doesburg aankwam. Lang nam ik niet de tijd om dit kleine sfeervolle stadje te ontdekken. De route loopt dwars door het oude centrum, dus kreeg ik er wel iets van mee.

Begeleid door een zonnetje liep ik na Doesburg een dijk op die langs de IJssel voerde. De komende week zouden er nog veel mooie uitzichten over de rivier volgen, maar ik genoot al van deze eerste kilometers. Ik pauzeerde op een bankje bij een jachthaven. Dit was een goed begin!

Nat tot op het briefgeld

Terwijl ik verder liep over de dijk begon de lucht te betrekken. In de verte hoorde ik het al rommelen. Hier was ik niet blij mee. Op de dijk was ik het hoogste punt, en er was geen enkele vorm van beschutting. Al gauw begon het te regenen – en niet zo zacht ook. Ik schoot mijn regenjas aan, maar vergat de regencover over mijn backpack te trekken. Onrustig stapte ik door, volgens de gids was er even verderop een restaurant. Tegen de tijd dat ik daar aankwam was ik drijfnat. Ik bestelde maar een koffie en gebak om de regenbui uit te zitten. Toen ik wilde betalen kwam ik erachter dat de inhoud van mijn tas ook deels nat was geworden. In elk geval was mijn portemonnee ook aardig nat geworden, merkte ik toen ik met klam briefgeld afrekende.

Droog zou het die dag niet meer worden, dus toen het stopte met onweren en minder hard regende besloot ik door te lopen. Bij Dieren nam ik de veerpont naar de overkant, en na het dorp liet ik de IJssel tijdelijk achter me. De route leidde me door bos en weiland naar mijn overnachtingsadres, even voor Brummen. Wat was ik blij dat ik mijn tas af kon doen, een warme douche kon nemen en semidroge kleding aan kon trekken.

Dag 2: Brummen – Zutphen

Na een ontbijtje in de keuken van mijn gastheer en gastvrouw begon ik aan mijn tweede dag op het Hanzestedenpad. Vandaag zou ik naar Zutphen lopen.

Telefooncrisis

Voordat ik écht begon met lopen ging ik eerst Brummen in. Die ochtend zag ik namelijk dat mijn telefoon die nacht niet had opgeladen, ookal had die de hele nacht aan de lader gelegen. Na een poging op te laden met een nieuwe lader moest ik concluderen dat het echt aan mijn telefoon lag. Dit was echt balen. Met nog  een paar procent accu appte ik het thuisfront wat er aan de hand was en dat ik mijn telefoon ging uitzetten om accu te besparen voor noodgevallen.

Gelukkig ben ik zo iemand die altijd zo goed mogelijk voorbereid op pad gaat. Ik had een lijst met mijn overnachtingsadressen en belangrijkste telefoonnummers uitgeprint bij me, en ik had in mijn routeboekje aangekruist waar de overnachtingsadressen ongeveer zaten. Ik had een pinpas en wat cash bij me. Een paar dagen wandelen zonder telefoon moest toch wel lukken. Ja, het was mijn contact met thuis, navigatie, betaalmiddel, camera en wekker. Maar voor alles had ik óf een analoge oplossing, óf kon ik (vooral in theorie) best even zonder. Ik heb altijd volgehouden dat ik niet verslaafd was aan mijn telefoon, maar in de eerste dagen van het Hanzestedenpad moest ik daar toch op terugkomen. Dit werd afkicken. En het was niet bepaald een gunstig moment daarvoor. Ik haalde ik een paar keer diep adem en ging toen weer op pad.

In het bos wonen de wilde dieren

De route van vandaag liep deels door bos. Volgens bordjes langs de weg viel dit al onder de Veluwe. Ik hou van de Veluwe, en het was een mooie route. Ongetwijfeld had ik ervan genoten, als ik niet zo gespannen was geweest. Ik liep vaker alleen in een bos, maar nu zonder mijn telefoon voelde ik me toch minder veilig. En dat ik die ochtend in de krant een stuk had gelezen over de wolf op de Veluwe hielp ook niet mee. Ik dacht aan het kinderliedje van Roodkapje: “in het bos wonen de wilde dieren…” De kans dat ik daadwerkelijk een wolf zou ontmoeten was natuurlijk extreem klein, maar toch voelde ik me veiliger met mijn zakmes binnen handbereik. Niet dat ik daar veel mee uit zou kunnen halen. Wat schijnveiligheid al niet kan doen. Zoals Roodkapje zong: “ik ben niet bang voor de wilde dieren…”

Het laatste stuk van vandaag liep langs de IJssel. Hier kwam ik ook weer meer mensen tegen en werd ik wat rustiger. In Zutphen plofte ik neer op een terrasje voor een drankje. Daarna begon de zoektocht naar de B&B. Met hulp van informatieborden langs de weg en door de weg te vragen vond ik mijn overnachtingsadres. Wat een heerlijk plekje was dit! Na een warme douche en met schone kleren aan liep ik naar een restaurant dat ik onderweg al had gezien om te gaan eten. Want ja, zonder telefoon kon ik niet naar andere eetgelegenheden navigeren, en iets laten bezorgen ging ook niet lukken. De B&B met een Tikkie betalen? Nee, sorry meneer, dat gaat even niet. Wat een dag. Gelukkig wachtte aan het eind een heerlijk zacht bed.

Dag 3: Zutphen – Deventer

Tegelijk met het ontbijt kreeg ik van de B&B-eigenaar zijn telefoon te leen om even naar huis te bellen en om uit te zoeken hoe laat de winkels open waren. Het was zondag, dus de Mediamarkt in Deventer was tot 5 uur open. Vandaag zou ik dus gaan wandelen met een deadline.

‘Nach Deventer’

Ik liep Zutphen door, stak de IJssel over en kwam weer op de route terecht. Deze etappe liep vrijwel helemaal langs de rivier. Doordat de route het water volgde kon er niet veel mis gaan. Uiteraard kan er altijd íets misgaan, zoals ik merkte toen een groep Duitse dames op leeftijd me tegemoet kwam lopen. De vorige dag had ik ze ook al gezien. Eén van hen sprak redelijk Nederlands en sprak me nu aan. Of ik ook het Hanzestedenpad liep. Jazeker. Ik vroeg of zij de route achterstevoren liepen. ‘Aber nein!‘, riep ze. ‘Wir gehen nach Deventer.’ Nou, Deventer was de andere kant op, wees ik. Daarna probeerden we te achterhalen waar ze verkeerd waren gelopen en legde ik uit waar ze nu naar toe moesten. Dan moesten ze maar de helft van de groep die alvast door was gelopen terugroepen, besloot de dame. Ik liep alvast verder.

Bij ruïne De Nijenbeek, een paar meter van de route, hield ik pauze. Er waren meer fietsers en wandelaars die naar deze plek kwamen om even de kijken en een paar tellen rustig te zitten. Mijn grote rugzak leidde hier ook weer tot vragen over mijn bestemming. Ik vond het leuk om te vertellen over mijn wandelavontuur, maar kon ook niet te lang blijven hangen. Ik had er lekker de pas in en kwam op tijd bij de winkel aan. Snel klampte ik een medewerker aan en vroeg hem wat de goedkoopste prepaidtelefoon met Wifi-optie was. Hij leek er niet erg happig op deze verwilderde, bezwete hippie die de moderne wereld was binnengestapt te helpen, maar deed dat na een beetje aandringen toch. Met mijn waardevolle lading vluchtte ik naar mijn hotel om de boel te installeren. Yes, ik kon weer appen! Wat een geluk!

Ontspannen op de Brink

Deventer is één van mijn favoriete steden. Ik kom hier dus ook wel een paar keer per jaar. Het is een levendige, historische stad met fijne horeca, leuke snuffelwinkeltjes en jaarlijkse evenementen zoals de boekenmarkt in augustus en het Dickensfestijn aan het einde van het jaar. Gewapend met een nieuwe telefoon en in deze vertrouwde omgeving kon ik weer een beetje ontspannen. Ik liep naar de Brink, midden in het centrum , voor een borrel en een hapje. Bij de Irish pub ging ik voor een fijn bord comfortfood. Dat paste perfect bij mijn huidige stemming.

Dag 4: Deventer – Oene

De volgende ochtend werd ik bij het binnengaan van de ontbijtzaal toegewuifd alsof ik een beroemdheid was. De Duitse damesclub overnachtte in hetzelfde hotel en zwaaiden naar me vanachter hun ochtendkoffie. In no time stond de Nederlandssprekende dame naast me om verslag te doen van hun dag ervoor, en nogmaals te bedanken dat ik hun de weg had gewezen. Na het ontbijt liep ik weer verder. Ik was nauwelijks de stad uit of ik hoorde achter me een meerstemmig ‘Joehoe!’. Toen ik me omdraaide zag ik de damesclub zwaaien. Ik zwaaide terug en liet Deventer achter me.

Het pad liep iets van de rivier af vandaag. Ik kwam langs een folly, oftewel  een nep-ruïne, waar een kunstobject van was gemaakt. Dit was een mooi plekje om te pauzeren. Door bossen en langs weilanden liep ik verder naar Olst. Ik zou vandaag het Hanzestedenpad niet verder volgen dan tot hier.

Slapen bij de boer

Vanaf hier zou ik richting mijn overnachtingsplek lopen. Die lag alleen wel een paar kilometer van de route, én ik moest ervoor naar de overkant van het water. Met de Olsterveer stak ik over en liep ik langs de dijk en daarna tussen de weilanden door naar mijn overnachtingsplek. Dit was een trekkershutje die achter een boerderij lag. Heb je weleens in een trekkershutje geslapen? Vergeet dan even wat je weet van trekkershutjes. Ik kwam terecht in een soort tuinhuisje met keurig opgemaakte stapelbedden, kachel, een tafel met stoelen en een eigen wc. In aparte hutjes waren een gezamenlijke badkamer en een gezamenlijke zeer complete keuken te vinden. Vanaf mijn kleine veranda keek ik uit over een boomgaard met picknicktafels en een hottub, en daarachter alleen maar weiland.

Bij aankomst vertelde de eigenaar dat er nog bier koud stond in de koelkast wat ik mocht pakken. En toen ik vertelde dat ik als avondmaaltijd een pakje Adventurefood mee had genomen kreeg ik direct een warme maaltijd aangeboden: hij had toch teveel gekookt. Terwijl ik van mijn bier nipte in het late middagzonnetje videobelden mijn ouders. Ze hadden zich zo’n zorgen gemaakt, dat ik alleen op pad was en ook nog eens niet bereikbaar was! Ik leidde ze dus maar even virtueel rond om te laten zien op wat voor mooi plekje ik was belandt. ‘Maar ik moet nu gaan hoor, want mijn bord nachoschotel komt eraan!’ Nee hoor, ik red me hier prima.

Hanzenstedenpad - trekkershut - Duursche Waarden

Dag 5: Oene – Zwolle

Als je een paar kilometer van de route af overnacht, moet je de volgende ochtend ook weer een paar kilometer lopen om terug te komen op de route. Ik besloot dat het korter was om niet terug te lopen naar Olst, maar door te lopen en met het Kozakkenveer weer de IJssel over te steken. Volgens internet was dit één van de leukste veerponten van de IJssel, dus waarom niet! Onderweg moest ik één keer de weg vragen om te voorkomen dat ik verkeerd zou lopen. Ik trof precies een meneer die vervolgens kleurrijk vertelde over de tijd dat hij met een vriend het Hanzestedenpad had gelopen. Het is zo leuk om andere enthousiastelingen te spreken!

Joehoe!

Ik vond de veerpont en stak over naar natuurreservaat de Duursche Waarden. Ik had maar net de bewegwijzering van het Hanzestedenpad terug gevonden of ik hoorde in de verte ‘Joehoe!’ Drie keer raden wie dat waren! Na een kort kletspraatje dook ik de bushbush in. Letterlijk, want een deel van het pad door dit natuurgebied bestaat uit klauteren, glibberen en dichte begroeiing ontwijken. Voor wie dat te ver gaat kun je ook het geasfalteerde pad blijven volgen.

Even voor Windesheim kwam ik de struiken weer uit. In het dorp plofte ik neer op het terras van een zorgboerderij. ‘Die tas ziet er zwaar uit!’ zei het meisje van de bediening toen ik mijn rugtas neerzette. ‘Til ‘m maar op’, zei ik, wat ze direct probeerde. Ze kreeg de tas maar net opgetild.  Op dit soort momenten doe ik natuurlijk heel stoer over mijn rugzak, maar eigenlijk ben ik gewoon dom geweest omdat ik onnodig veel gewicht mee heb genomen. Vandaag, op de langste etappe en met al de nodige kilometers in de benen, lijkt mijn rugzak nog zwaarder. Maar na een drankje hijs de tas weer op voor nog een paar kilometer door weilanden.

Lekker veel groenten

Vanavond sliep ik bij het tweede Vrienden op de Fiets-adres. Het zou even leuk en toch weer heel anders dan bij de eerste overnachting blijken te zijn. Bij deze overnachting had ik er ook een avondmaaltijd ‘bijgeboekt’. Toen het eten op tafel kwam vertelde de gastheer dat hij extra veel groenten door het eten had gedaan. Dat kon ik vast gebruiken na zo’n lange wandeldag. En dat had hij goed gezien. Wat ik ook goed kon gebruiken was een warme douche, een uurtje lezen en dan op tijd onder de wol. Veel meer dan dat deed ik ook niet meer die avond.

Dag 6: Zwolle – Zalk

Deze etappe van het Hanzestedenpad zou de minst leuke van de week worden. Zwolle heeft een leuke oude binnenstad, maar je doet er wel een paar kilometer over om daar te komen. In die kilometers daarvoor zag ik vooral industrieterrein en buitenwijken. Na het centrum liep ik wel via een park weer de stad uit. Dat loopt toch een stuk leuker. Vanaf de oever van de rivier zag ik de IJsselbrug. Op een bord las ik over de rol van deze brug in de Tweede Wereldoorlog, en waarom het ook wel ‘de brug tussen angst en hoop’ werd genoemd.

Ik liep weer over dijken en door uiterwaarden langs de IJssel. In de uiterwaarden graasden koeien en paarden. Sommigen hadden een soort strandje gevonden aan een binnenwater en lagen op het zand te genieten van het nazomerweer. Ik bedacht me dat deze dieren helemaal niet zo’n verkeerd leven hebben. Aan de overkant van het water zag ik een kerktoren tussen het groen uit steken. Daar lag Zalk. Daar was mijn volgende overnachtingsplek.

Het einde van de wereld

Om er te komen moest ik alleen eerst nog een stuk de rivier blijven volgen, met een bochtje om Zalk heen. Halverwege de dijk, ogenschijnlijk in the middle of nowhere, was een aanlegplaats voor een fiets- en voetveer. Hier moest ik de rivier oversteken. Aan de overkant kreeg ik het gevoel alsof ik aan het einde van de wereld was. Er was geen teken van de bewoonde wereld, alleen een landweggetje dat tussen de graslanden verdween en achter me het pontje dat alweer terug voer naar zijn ligplaats bij de dijk.

Ik liep het landweggetje af en kwam toen toch weer bewoonde wereld tegen. Aan de rand van het oude dorpje vond ik mijn B&B. Na een warm welkom installeerde ik me in mijn stulpje voor die nacht. Het was een tuinhuisje met zicht op nog steeds bloeiende borders. Binnen werd ik omringd door kanten gordijntjes, bloemetjesgordijnen, bloemetjesdekbed en gebloemd servies. Alles was nieuw, maar straalde een romantische, vintage sfeer uit. In het koelkastje stond bier, wijn en appelsap klaar. Na een diner van bier en burger in het plaatselijke café installeerde ik me met een wijntje op het bed, en zapte op de tv naar Chantals Beautycamper. Dit was mijn laatste overnachting van deze wandelweek, en ik was helemaal tevreden.

Hanzenstedenpad - zicht op de IJssel

Dag 7: Zalk – Kampen

Ik heb nog nooit zo vaak van veerpontjes gebruik gemaakt als deze week. Nadat ik me had losgemaakt van de leuke B&B liep ik terug naar het veerpontje aan het einde van de wereld, en kwam weer op de route terecht. Het laatste dagje was begonnen! Hoewel ik vandaag relatief weinig kilometers hoefde te lopen ging het niet vanzelf. Ik had meerdere blaren doordat ik eerder die week te lang met natte voeten was doorgelopen. Ik had last van pijnscheuten in mijn rechterkuit. En het gewicht op mijn rug hielp ook niet mee. Een beetje mank, maar vastberaden te genieten van het laatste stuk begon ik te lopen.

Hanzestad in zicht

Deze laatste etappe liep zo goed als in een rechte lijn naar eindpunt Kampen. Het enige wat ik hoefde te doen was de dijk naar de volgende Hanzestad te volgen. Ik zag de stad al kilometers van tevoren op de andere oever liggen. Kampen is één van de steden die met de oude kern direct aan de IJssel ligt, waardoor je vanaf de andere kant van het water een mooi zicht hebt op de stad. Met een blauwe lucht erboven voelde het als een warm onthaal bij de finish.

Het treinstation liep ik voorbij. Ik ging echt nog niet direct naar huis. Eerst even oversteken, de stad in, en doorlopen tot de officiële eindstreep van het Hanzestedenpad. Op een terrasje proostte ik met mezelf op de afronding van dit solo-avontuur. Want een avontuur, dat was het zeker.

Heb je zelf het Hanzestedenpad gelopen? Of zou je deze willen lopen, maar heb je nog vragen? Of wil je iets anders delen na het lezen van deze blog? Laat het hieronder weten in de reacties!

 

About Lindsey

Een stadsmeisje met liefde voor het buitenleven en meer reislust dan haar kantoorbaan kan bekostigen. Is vast van plan om de wereld te zien – ver weg en dichtbij. Gaat ooit naar Santiago lopen, en met een camper door Canada toeren. Haar lijfspreuk is: ‘Stop and smell the roses’, oftewel: neem de tijd om van het leven te genieten.

View all posts by Lindsey →

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *