Op huifkarvakantie: het was voor mij een meisjesdroom die uitkwam. Deze zomer reden we een paar dagen met paard en wagen door Drenthe. Wat een avontuur was dat!
In deze blog neem ik je mee op het avontuur van onze huifkarvakantie. Van hoe het was om als onervaren ‘stadskneusje’, zoals ik mezelf nog altijd noem, met een pony en huifkar op pad te gaan, tot de dagelijkse avonturen die we beleefden. Je leest hoe het was om te ‘kamperen’ met een huifkar. En wil je zelf eens op huifkarvakantie? Dan geef ik je aan het eind nog wat tips mee.
Op pad zonder men-ervaring
Ik was nog een jong meisje – nog geen 10 jaar – toen we tijdens een wandeling in Drenthe een gezin met een huifkar tegenkwamen. Ze hadden die huifkar voor een aantal dagen gehuurd en tourden bij wijze van vakantie ermee door een stukje van Drenthe. Destijds was ik echt een paardenmeisje en ik wist direct: dit wil ik ook een keer doen! Dit jaar besloten we onze vakantie (deels) in Nederland te blijven, dus zag ik mijn kans schoon dit dan eindelijk eens te gaan doen.
Naast de paar jaar rijlessen in mijn jeugd heb ik geen ervaring met paarden, en Joey heeft helemaal geen ervaring. Bij de eerste huifkarverhuurder die ik benaderde kreeg ik daarom te horen dat we geen huifkar mochten huren. Bij een ander kreeg ik als reactie dat iedereen die niet bang was voor paarden een huifkar mocht huren. Dus daar boekten we. Gedurende een midweek zouden we met de huifkar door het Drents Friese Wold rijden, een heerlijk natuurgebied dat ook geliefd is bij fietsers en wandelaars.
Kennismaken met onze mini-karavaan
We pakten licht. Alles wat we meenamen paste in onze backpacks, en daarnaast hadden we één flinke boodschappentas bij ons. Onderweg zouden we namelijk niet door dorpjes komen waar we boodschappen konden doen. Mijn ouders brachten ons, aangezien het start- en eindpunt behoorlijk afgelegen ligt. Daar hoorden we dat we deze week met drie huifkarren zouden rijden. Een huifkar was voor een gezin met drie kinderen, een andere voor een opa en oma met twee kleinkinderen, en wij hadden de derde huifkar. Het stelde me wel gerust dat we niet de enigen met weinig ervaring waren, want stiekem vond ik het allemaal nog best spannend. De moeder van het gezin was de enige die wel vaker op huifkarvakantie was geweest. Ook dat stelde gerust: we hadden in elk geval íemand met ervaring in ons midden.
De huifkarren werden getrokken door fjorden: een sterk ponyras dat ik ook nog wel kende van de manege van vroeger. We maakten kennis met onze pony voor die week, Caya. De verhuurster liet zien hoe we de pony’s moesten inspannen, en toen was het tijd om te gaan. Eén voor één verlieten de huifkarren het terrein, ieder voor het eerste stukje onder begeleiding van de verhuurster. Op die manier zat er voldoende ruimte tussen de huifkarren, waardoor ieder zijn eigen rit kon rijden. Nadat de verhuurster ons ‘los’ had gelaten kwam het op ons aan. Onze huifkarvakantie was begonnen!
Een kwestie van wennen
Vooral de eerste dag was erg spannend. Ineens rijd je in een bos met een huifkar en een pony die je amper kent. En hoe ging dat in- en uitspannen ook alweer? Want in de pauzes moet je dat toch echt zonder hulp doen! Gelukkig was de eerste dag een relatief korte route, en hoefden we geen pauze te houden. Zo konden we bij het overnachtingsadres onder begeleiding daar nog even mee oefenen.
Naarmate de week vorderde kregen we er meer handigheid in. Zowel in het in- en uitspannen als in het begeleiden van Caya bij kruisingen en langs kanalen. Ook kregen we meer vertrouwen in ons eigen handelen en de omgang met Caya. Je bent toch op pad met een dier met een eigen karakter – en karakter had onze pony zeker! Bij de overnachtingsadressen kenden ze de pony’s en steevast hoorden we: “oh, jullie hebben het pittige paardje!”. Dat wil je niet horen als onervaren huifkarbestuurder. Maar pittig of niet, we wenden aan Caya en de vakantie werd steeds leuker naarmate de week vorderde.
Kamperen bij de boer
We boekten de huifkarvakantie als een geheel bij Huifkarverhuur Estelle. Bij die boeking was het reserveren van de overnachtingen inbegrepen. Je kunt namelijk niet zomaar overal met een huifkar overnachten. Bovendien waren de routebeschrijving die we meekregen en de overnachtingsplekken op elkaar afgestemd.
De campings waar we overnachten waren aangesloten bij SVR – kamperen bij de boer. Zij hebben de ruimte om de pony’s in de wei te laten lopen, en de ervaring om te helpen mocht er iets zijn. De laatste overnachting vonden we minder leuk: dat was een manage annex behoorlijk grote camping. Maar de andere drie vond ik fantastisch. Kleinschalige campings bij een boerenbedrijf, vriendelijke ontvangst, hulp bij de pony’s waar nodig, schoon sanitair en niet te vergeten een mooie, landelijke omgeving. De drie aanraders waar we verbleven waren camping De Haarsluis, camping De Boskamp en camping ‘t Boerenland.
Slapen in de huifkar
Op de campings waren we een heuse bezienswaardigheid voor de andere campinggasten. Daar kwamen we met onze paard-en-wagen-combi het kampeerveld opgereden. Even de huifkar parkeren naast de high-end sleurhut van onze buren-voor-één-nacht. Mensen stelden vragen en vroegen of ze een foto mochten nemen als we ‘s ochtends weer wegreden. Ik voelde me bijna een celebrity, maar het was natuurlijk Caya die in de spotlight stond.
Het kamperen met de huifkar vond ik heerlijk. De huifkar was basic. We hadden een tweepits gasstel meegekregen en dat was het dan. Denk aan kamperen met een tent op wielen, en dan heb je zo ongeveer wat slapen in een huifkar inhoud. Aangezien we met z’n tweetjes waren konden we breeduit liggen. En met onze eigen flessenlichtjes die we in de bierflesjes hingen die we op de eerste avond leeg hadden gedronken was het stiekem best romantisch.
Ons huifkaravontuur van dag tot dag
In de week voor onze huifkarvakantie had het behoorlijk geregend. Daardoor hadden we een aangepaste route mee gekregen. Iets minder bospaden en iets meer asfalt. Hoewel we daardoor iets minder van het Drents Friese Wold zagen reden we nog steeds een mooie route. En onderweg beleefden we genoeg! Niet voor niks zei ik al: het was een heel avontuur.
Dag 1: Ontmoeting met wild
We waren nog geen uur onderweg toen we voor onze eerste uitdaging kwamen te staan. Die uitdaging was harig, had hoorns en had zijn grote broers bij zich. We stonden oog in oog met een kleine kudde Schotse hooglanders. Ze stonden pal achter het hek waar wij doorheen moesten, op het pad waar wij overheen moesten. Hoewel wij meer onder de indruk waren van de situatie dan Caya of de koeien, leek het ons niet verstandig nu het hek open te gooien. Tsja, en nu? Wachten? Omrijden? De koeien wegjagen? We besloten de verhuurster te bellen en om advies te vragen. Ze zei dat ze eraan kwam om te helpen. Direct daarna besloten de koeien dat we niet interessant genoeg waren en gingen ze een stuk verderop staan grazen. Ver genoeg dat wij erlangs durfden. Pfoe! Gauw belden we de verhuurster dat hulp niet meer nodig was.
Vandaag was de kortste route, maar wel dwars door het bos. We kwamen een aantal kuilen en modderpoeltjes tegen waar Caya vaart moest maken om de huifkar erdoorheen te trekken. Terwijl ik me vasthield om op de bok te blijven zitten bedacht ik me dat het maar goed was dat we geen eieren hadden meegenomen. Die zouden niet heel de eindbestemming hebben gehaald! Gelukkig haalden wij dat wel. Toen Caya eenmaal in de wei stond haalden we adem. Hèhè. Tijd voor bier en een ontspannen avondje op de camping.
Dag 2: De enge prullenbak
Hoewel we de tweede dag alles nog steeds best spannend vonden, ging het best wel goed. We hielden voor het eerst onderweg pauze, want we waren geïnstrueerd niet langer dan 1,5 tot 2 uur achter elkaar te rijden. Caya verdiende ten slotte ook een break met een hapje gras en slok water tussendoor. Dat betekende dat we voor het eerst zonder hulp haar moesten in- en uitspannen. En het lukte!
Het laatste stuk van deze dag – de langste dag van de week – was een paar kilometer over een klinkerweggetje met huizen. Het was kennelijk vuilnis ophaaldag want overal langs de weg stonden lege prullenbakken. Dat vond Caya maar niks. Halverwege de weg schrok ze van een omgevallen prullenbak die vlak achter een boom lag. Het scheelde niet veel of we zaten met huifkar en al in de heg van het huis aan de andere kant van de straat. Ik had al een dag lang kunnen werken aan mijn gewichtige “Hooo!”, wat gelukkig werkte.
Verder schrok Caya niet zo snel. Ook niet van automobilisten die totaal geen rekening houden met het feit dat je met een dier te maken hebt die A) kan schrikken en B) niet ineens vol in de remmen kan, want die huifkar rolt gewoon door. Motorrijders die op brullende motoren langs scheuren, een ambulance die met zwaailichten voorbij komt zeilen… Niets bracht Caya van de wijs. Behalve een omgevallen prullenbak dan.
Dag 3: Rijden met 1 pk – inclusief roadtripliedjes
We moesten om te beginnen dezelfde lange weg als gisteren af. Gelukkig waren alle prullenbakken inmiddels binnen gehaald. Verder hadden we vandaag een route met voornamelijk kleine, landelijke asfaltweggetjes en soms een zandpad. Dit was het moment dat het pak Autodrop te voorschijn werd gehaald. Terwijl we kauwden op fruitgum-cadillacs reden we met 1 pk door een typisch Drents landschap met weilanden met koeien en af en toe een heideveld. We zaten relaxed op de bok en Joey zette in met ‘Old Town Road’. Daarna zongen we zo’n beetje elk liedje die we konden bedenken waar paarden in voor komen, met als achtergrondgeluid het klepperen van Caya’s hoeven op de weg. Ja, dit was hoe ik me een huifkarvakantie had voorgesteld.
Dag 4: Hobbelen met uitzicht
Het was de laatste echte rijdag, en we hadden een prachtige route voor de boeg. Vanaf de bok van onze huifkar zagen we een heel mooi stukje van het Drents Friese Wold voorbij komen. Het uitzicht schommelde soms wel – of beter gezegd, wij schommelden. En niet zo’n beetje ook. Wat een hobbelweg! Maar ja, je wilt offroad of niet, hè. Na een mooi stukje hobbelen hielden we een lange middag op de camping over om te relaxen. Met beide benen weer op stabiele grond genoten we van een zomers zonnetje. Nog éven bijkleuren voor we naar huis gaan!
Dag 5: Met gierende banden naar huis
De laatste dag vertrokken we met de huifkarren niet al te ver uit elkaar. Het was toch alleen maar een recht stukje weg naar ons eindpunt. Ik weet niet of het kwam omdat Caya haar vriendje voor zich in de smiezen had of omdat ze bijna weer thuis was, maar ze was amper te houden. Huifkarrijden is stapvoets rijden werd ons verteld, maar daar was Caya het deze ochtend niet mee eens. Je zou het draven kunnen noemen, maar ik denk dat ze naar huis huppelde. En daarna was het onze beurt om uit te laden en naar huis te gaan. Ons huifkaravontuur zat erop.
Ook op huifkarvakantie? Een paar tips…
In principe kan iedereen een huifkar huren, het is niet noodzakelijk om een menbewijs te hebben. Dat is wat mij betreft een goed iets, want het is een prachtige ervaring en het zou jammer zijn als er een extra drempel is om dit te doen! Toch snap ik wel dat verschillende verhuurders bepaalde eisen stellen, zoals aantoonbare ervaring of dat je eerst een mini-cursus bij ze volgt. Het gaat niet alleen om het leren hoe je een paard in- en uitspant, want dat is zo uitgelegd. Belangrijker is dat je een beetje feeling krijgt met de omgang met je paard. Dus ben je onervaren zoals wij en wil je een huifkar huren? Dan hierbij mijn belangrijkste tip: let erop of je een duidelijke instructie en eventueel begeleiding voor de eerste dag mag verwachten.
Nog een paar andere tips voor als je op huifkarvakantie gaat:
- Draag stevige schoenen. Paarden zijn lief maar soms ook lomp, en als je zelf even niet oplet kan jouw voet onder een hoef belanden. Dan ben je blij als je een goede schoen aan hebt in plaats van slippertjes. Maar het is vooral fijn ook letterlijk stevig in je schoenen te staan al je je paard moet begeleiden of even van de huifkar moet springen.
- Het kan verschillen hoe een huifkar is uitgerust, maar ga ervan uit dat je geen stroom hebt. Dat betekent: powerbank mee voor je telefoon, en een kampeerlampje voor ‘s avonds.
- Neem voldoende houdbaar eten en drinken mee, tenzij je zeker weet dat je ergens op loopafstand van een supermarkt overnacht (of op bezorgafstand van horeca).
- Vermijd waar mogelijk stressvolle situaties, zoals stedelijke gebieden, evenementen en loslopend wild.
- Zeker als je onervaren bent kan het best spannend zijn, maar vertrouw erop dat het goed komt. Jij doet dit misschien voor het eerst, maar je paard niet. Dus vergeet vooral niet te genieten!